Er is weinig dat zo goed voelt als de eerste stappen van een wandeltocht: frisse lucht, een mooi pad voor je, misschien een beetje spanning over wat je gaat tegenkomen. Maar eerlijk is eerlijk… ik heb ook wel eens te luchtig gedacht: “Hoe moeilijk kan het zijn?” Spoiler: dat is niet de juiste instelling, zeker niet in de bergen.
Door een paar pittige ervaringen heb ik mijn eigen gouden regels ontwikkeld. Misschien heb jij er ook iets aan.
Disclaimer: Alles wat ik hier deel, is gebaseerd op mijn eigen ervaringen en gezond verstand. Check altijd zelf de actuele omstandigheden, bereid je goed voor en neem geen onnodige risico’s. De natuur wint het altijd van overmoed.
1. Altijd een volle powerbank mee
Je telefoon is je kaart, je kompas, je noodlijn naar de buitenwereld. En batterijen houden niet van kou, regen of eindeloos navigeren. Dus: altijd een volle powerbank in je tas. Zelfs op een korte tocht.
2. Koop (en ken) de kaart
Digitale kaarten zijn top, maar een papieren kaart is je redder als je telefoon uitvalt. Let erop dat je weet hoe je ‘m moet lezen, want in paniek wordt dat ineens een stuk lastiger.
3. Twijfel je? Ga terug
Het klinkt streng, maar het is simpel: als je gevoel zegt dat het te veel wordt, draai om. Je bent niemand iets verschuldigd, en de berg loopt niet weg.
4. Track je route
Met apps zoals Strava of Komoot weet je altijd waar je vandaan bent gekomen. Het geeft rust én helpt als je even de weg kwijt bent.
5. Begin makkelijk
Wat “makkelijk” is in Noorwegen of Zwitserland, kan voor ons al een pittige uitdaging zijn. Schat jezelf niet te hoog in en onderschat de bergen nooit.
6. Zorg dat je je pad herkent
Kijk tijdens het lopen regelmatig achterom, zodat je altijd precies weet hoe de weg terug eruitziet. Dat ene rotsblok of kromme boompje kan later goud waard zijn.
7. Neem de juiste uitrusting mee
Het weer in de bergen is grillig. Denk nooit dat het niet gaat regenen. Draag laagjes, neem een regenjas mee en zorg voor genoeg eten en drinken.
8. Weet hoe hulp werkt waar je bent
Noteer het lokale noodnummer en leer de procedure. In sommige landen werkt het anders dan thuis.
9. Laat iemand weten dat je weg bent
Een simpele appje: “Ik ga nu die en die route lopen, ben om xx:xx terug.” Als er iets misgaat, weten mensen waar ze moeten zoeken.
Conclusie:
Een goede voorbereiding is niet saai, het is vrijheid. Hoe beter je voorbereid bent, hoe meer je van het moment kunt genieten. En ja, dat voelt misschien overdreven als de zon schijnt en het pad vlak is, maar geloof me: in de bergen ben je altijd blij met dat extra laagje, de kaart of die volle powerbank.
